zondag 22 mei 2011

De verdelging van muizen: de holocaust in stripvorm.

De holocaust is in vele artistieke vormen herdacht, verbeeld, gereconstrueerd, geanalyseerd en gepsychologiseerd. Soms rauw, onverbloemd en doorgrondend, zoals in Claude Lanzmanns monumentale ruim negen uur durende film Shoah (1985). Soms smakeloos en voyeuristisch, zoals in de controversiële film Auschwitz (2011) van regisseur Uwe Boll. Soms feitelijk, sec de werkelijkheid opdissend zoals in Nuit et brouillard (1955) van regisseur Alain Resnais.

Wie mij zou vertellen over het verstrippen van de holocaust, zou ik intuïtief op een genreconflict wijzen. De holocaust in stripvorm? Dat past niet. Het  stripgenre is te verkleeft met vermaak om zo een zwaar onderwerp als de holocaust te kunnen vatten. Alles kan verstript worden, maar de holocaust? Bestaat dan niet het gevaar van een smakeloze reconstructie alla Boll? De holocaust is al moeilijk onder woorden te brengen, laat staan te reconstrueren in stripvorm. Striptekenaar Art Spiegelman bewijst echter in zijn tweedelige meesterwerk Maus (1986 – deel I, 1991 – deel II) het tegendeel.

Art Spiegelman (1948) is de zoon van Vladek Spiegelman (1906–1982) en Anja Spiegelman (geboren Zylberberg) (1912–1968). Vader Vladek doorstond verschillende getto’s en overleefde uiteindelijk Auschwitz. Ook zijn moeder Anja overleeft Auschwitz maar pleegt later zelfmoord. Zijn broer Richieu stierf voordat Art werd geboren. Zijn broer was tijdens de Tweede Wereldoorlog ondergebracht bij tante Tosha die in het Zawiercie getto verbleef. Dit getto werd verondersteld relatief veilig te zijn. Toen de Duitsers het getto begonnen te ontruimen vergiftigde tante Tosha zichzelf, Richieu en haar eigen dochter en nichtje. Spiegelmans magnum opus Maus is gebaseerd op diverse gesprekken die hij met zijn vader voerde door de jaren heen. Het lot van zijn tante Tosha en zijn broer Richieu heeft hij in Maus opgenomen.

Zoals veel kunstenaars beroept Spiegelman zich in Maus op een metafoor om de holocaust te verbeelden. Joden worden in Maus afgebeeld als muizen, nazi’s als katten en Polen als varkens. Hiermee gaat Spiegelman een discussie over het realiteitsgehalte uit de weg. Door deze beelden te gebruiken ontzenuwt Spiegelman het hete hangijzer dat de tekeningen de ernst zouden kunnen bagatelliseren. De beelden lijken eerder zelfs versterkend te werken en naar de keel te grijpen. Het raffinement van Spiegelmans beelden komt bijvoorbeeld ijzersterk tot zijn recht wanneer muizen zich verschuilen achter maskers van varkenskoppen om als Polen over straat te kunnen gaan (zie eerste afbeelding hieronder). Dit is uiterst risicovol: het is niet makkelijk om je muizenafkomst geloofwaardig te verhullen, gegeven bijvoorbeeld de staart die onder de jas van Anja uitkomt.

Spiegelmans Maus is een gewaagde maar imposante vereeuwiging van de holocaust. Wellicht in een vorm die de tand des tijds het best kan doorstaan, om nooit meer te vergeten.  

Maus, art spiegelman
Deel I - Mijn vader bloedt geschiedenis (1986)
Deel II - En hier begon mijn ellende pas echt (1991)



In de Nederlandse vertaling is het gebrekkige Engels dat vader Vladek spreekt (de verteller) overgenomen door scheve Nederlandse zinsconstructies te gebruiken. 






Art Spiegelman zal najaar 2011 een boek publiceren over de totstandkoming van Maus. In MetaMaus zet Spiegelman zijn beweegredenen voor het schrijven van Maus uiteen. Lees verder op De papieren man….